Waarnemen en denken

In mijn 2-wekelijkse filosofiegroep bestuderen we het boek “De filosofie van de vrijheid” van Rudolf Steiner.

Voor velen een “moeilijk” boek. Ik kan het echter elk mens aanraden.
Waarom een moeilijk boek? Niet vanwege de intellectuele inhoud. Dit is tamelijk eenvoudig. Wie ooit een boek van Kant of Hegel heeft gelezen beseft hoe toegankelijk en eenvoudig Steiner in zijn boek schrijft.

In de “filosofie van de vrijheid” geen grote abstracte sprongen, maar geduldige uitleg vanuit vele gezichtspunten. Het boek laat zich vlot in een paar dagen lezen en dat weet je wel wat er in staat.

Hoe komt het dan dat velen het een moeilijk boek vinden? En waarom is onze filosofiegroep al meer dan 5 jaar bezig met de bestudering? Ja zelfs, na doorwerking van het boek, bezig met hetzelfde boek een tweede maal door te werken.

De inhoud van het boek is dan weliswaar eenvoudig te begrijpen, maar niet zo eenvoudig te aanvaarden. En met aanvaarden bedoel ik niet (enkel) intellectueel aanvaarden, maar integreren in je denk en leefwijze.

Eenvoudig gezegd gaat Steiner uit van 2 bronnen en 1 kracht. De twee bronnen zijn de waarneming en het begrip. De kracht is het denken.

Voor beide bronnen geldt dat zij de onverhulde werkelijkheid brengen. Vrijwel zeker niet direct en ook niet bij iedereen, maar wel naar hun aard. Wij kunnen als mensen zowel onze waarneming als ons begrip ontwikkelen. Er zijn, aldus Steiner, geen inherente grenzen. Je hoeft dus, achter de waarneming geen “Ding an Sich” te poneren.
Anderzijds is het begrip ook geen representatie van iets werkelijks maar in zich zelf werkelijkheid.

Dan de kracht, het denken. Voor Steiner is denken meer-voudig: denken als menselijke operatie, denken als bron en denken als wezen. Elke Christen kent het denken als wezen onder de naam van “Heilige Geest”.

Dit denken nu is het enige wat op dit moment voor elk mens beschikbaar is als zowel kracht als bron. We denken niet alleen, we kunnen ons denken ook waarnemen en begrijpen. Met een gevoel kan dat niet. We kunnen een gevoel wel waarnemen maar dat waarnemen doen we met ons denken.

Daar hebben we het dan: waarnemen en begrijpen als bronnen, en denken als kracht, bron en wezen.

En dan: dat is alles wat een mens ter beschikking staat en nodig heeft. En dat nu, is voor velen moeilijk te pakken, te aanvaarden en/of lief te hebben.

Voor alle duidelijkheid: of iemand nu God, een engel, een kabouter, een gestorvene, een duinlandschap of een boterham met pindakaas waarneemt, het is allemaal waarneming.

Weet u nog: zowel het waarnemen als het begrijpen, en ook het denken zulf kunnen ontwikkeld worden. Steiner zegt zoveel als: alles wat een mens heeft waar te nemen voor zijn menszijn zal hij uiteindelijk kunnen waarnemen. Alles wat een mens heeft te begrijpen voor zijn menszijn zal hij uiteindelijk kunnen begrijpen.

Ontwikkeling van waarnemen, denken en begrijpen gaat niet vanzelf. Hoewel we aan de ene kant mee kunnen liften op de algemene mensheidsontwikkeling en de cultuur van ons tijdperk, zullen we ook veel zelf moeten doen. Of beter gezeg: zelf “mogen” doen.

Nog een moeilijkheid is dat veel mensen bij “denken” een negatief of begrensd gevoel krijgen. Voor hen is denken op de eerste plaats koud, abstract en intellectueel denken. Nu hoeft intellectueel denken niet abstract of koud te zijn. Ik ken zogenaamde gevoelsmensen met wel hele kille gedachten over alles en iedereen die niet in hun straatje past. Overigens, maar dat terzijde, de meeste zogenaamde “gevoelsmensen” zijn in feite mensen die snel ge-emotioneerd zijn, of snel (meestal dezelfde) gevoelens krijgen. Net als bij het denken is dat wel een versmalling van het begrip “voelen”.

Een van de mooiste voorbeelden van denken is voor mij een pasgeboren kind. God heeft dit kind gedacht. Denken is hier scheppingskracht, schoonheid, liefde, vertrouwen, leven en alles.

Mag ik dan buiten waarneming en begrip niets poneren? Natuurlijk wel. Als ik Steiner lees over elementen-wezens dat kan ik die niet waarnemen. Begrijpen en denken gaat tot op zekere hoogte nog wel. Als ik mijn waarnemen niet wil ontwikkelen dan zeg ik: wat ik niet zie kun jij ook niet zien, dus is het flauwekul. Maar met zo’n houding kom je als mens niet veel verder. Sterker: je leven wordt dan zouteloos en bleek.

Bij mij ochtend- en avondgebed maak ik een kruisteken en zeg dan: “In de Naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest, Amen”.
Wat zeg ik daarmee? Dat ik mij wil plaatsen in de Naam van de Drie-ene God. Een ander woord voor Naam is Denken. Ik plaats mij, net als het pas geboren kind in de scheppende Naam. Ook al ben ik nog onderweg, en heb ik nog veel te leren, Christus heeft ons geleerd dat we zo mogen bidden. Natuurlijk is dit deels een geloofsdaad. Maar dat niet alleen. Het is ook mij plaatsen en vieren van het Denken als kracht in de mens waarmee ik mij kan ontwikkelen.

Het gaat dan verder: “Onze Vader die in de hemel zijt.”. Kan ik dat waarnemen? Met mijn ogen? Deels als ik kijk naar het leven in mij en om mij. Met mijn denken? Zo volledig als nu juist is. Omdat denken zowel kracht als bron is, ben ik in dit denken nooit alleen. Dat is de eerste ervaring van elk mens die zich innerlijk gaat scholen: ik ben in mijn denken niet alleen. Het is een tere ervaring waar we geen grote verhalen over hoeven te houden. Niet voor onszelf en niet voor anderen. Maar de ervaring is onmiskenbaar. Ik zou willen zeggen: het is de meest werkelijke en diepgaande ervaring die een mens ten deel kan vallen:

In mijn denken kan ik ervaren en ten diepste weten: ik ben niet alleen.

Ik hoop dat ook binnen de anthroposofische vereniging er meer aandacht komt voor dit prachtige boek. Een duitse auteur schreef een boek dat ingaat op de filosofie van de vrijheid. Het boek kreeg als titel: “Het evangelie van de bewustzijnsziel”.
Evangelie is: blijde boodschap. De blijde boodschap van de bewustzijnsziel. En de bewustzijnsziel is niet enkel bewustzijn van je zelf, maar juist bewust zijn van, met, door en in de ander. En de weg daarheen gaat via de drie-eenheid: waarnemen – denken – begrijpen.

En als laatste: het moge de lezer duidelijk zijn dat in dit denken ook alle (ge)voelen en willen is opgenomen.

Dieren voelen en willen ook, net als mensen. Het unieke van de mens is dat zijn voelen en willen ook denkend voelen en willen (kunnen) zijn. En in dit denken zijn wij samen in de “Naam”.