Leven na de dood

Van mijn zoon hoorde ik deze ochtend een uitspraak van een Romeinse filosoof die de opvatting huldigde dat wij geen angst hoeven te hebben voor de dood aangezien wij al het leven voor de geboorte hebben meegemaakt. En daar zijn we ook goed doorheengekomen.

Over het leven na de dood wordt in de verschillende godsdienten uiteenlopend gedacht. Zo meent Boeddha dat er geen persoonlijk leven is na de dood. Ook Spinoza huldigde deze opvatting.

Ik weet dat er veel mensen zijn die niet geloven in een leven na de dood. Die zijn, filosofisch gezien, snel klaar.

Als er wel een persoonlijk leven is na de dood dat is het verloop van de tijd moeilijk voor te stellen. Stel je hebt geen lichaam meer en ook geen mogelijkheid om nog de levenden te ontmoeten. En in die toestand ben je in het ‘eeuwige leven’. Hoe lang duurt een dag, een jaar, een leven dan?

Veel mensen hebben moeite om de tijd door te komen. Zij vervelen zich. Hoe moet het zijn om in de hemel te verblijven en niets te doen te hebben. Dat moet toch een hel zijn. Tenzij de tijd anders is. Of bestaat er in het leven na de dood geen tijd.

Tijd bestaan enkel voor wie weten dat zij dood gaan en voor wie weten dat zij op aarde zijn maar desondanks niet leven.

Er zijn verhalen over hoe in het leven na de dood, de tijd tot ruimte wordt. Er is geen na elkaar maar meer of minder verwant zijn. De 1000 jaren van het sterfelijk leven worden ineengebald tot minder dan een ademhaling van de gestorvene. En na die ene ademhaling wordt de gestorvene opnieuw een levende.

Want de Ouden wisten het al maar dorsten het niet hardop te zeggen uit vrees voor hun leven. Er is maar een hemel en dat is ons leven op aarde. Om die hemel, die dagelijks leven is, te leren waarderen moeten we af en toe sterven.

Waar het dus om gaat is dat wij de aarde, ons lichaam en de ervaring van mens te zijn, ten volle gaan beleven.

Vandaag was ik in het duingebied. Naast bomen en zand was er ook water, een intens blauwe hemel, de zang van vogels en ontluikend groen.

Vroeger schreef ik daar gedichten over. Nu hoeft dat niet meer. Een gedicht doet geen recht aan wat wij sterfelijke mensen met onze ogen kunnen zien en met onze ziel kunnen genieten. Niemand kan beschrijven hoe de laagstaande zon in het water schijnt. Hoe tientallen mensen met hun kinderen naar buiten zijn gekomen en genieten van de aarde.

Al ons streven is ijdel wanneer we niet elke dag ervaren dat we in de hemel leven.

Natuurlijk weet ik dat velen het moeilijk hebben, of zelfs in volledige wanhoop leven. Liever dan hun een leven na de dood te beloven, schenken wij hun de hemel op aarde.

De engelen en aartsengelen, ja zelfs God zelf is eenzaam en warmt zich aan het verheugen van elke mensenziel.